CaravanCamper beschrijft de historie van caravan-en caravanmerken in Europa.  Het is de intentie zoveel mogelijk merken op te nemen. De site wordt continu uitgebreid en aangevuld!

Meer dan 400 merken zijn beschreven in het ABC. Onder ‘Oldies’ worden per land merken beschreven die al geruime tijd verdwenen zijn en alleen nog op Oldie-bijeenkomsten te zien zijn. Het is niet de bedoeling op specifieke modellen in te gaan, maar louter de historie van een fabrikant.

Voor vragen en opmerkingen kun je contact opnemen met de redactie op redactie@caravancamperindex.nl

Veel plezier op onze site!

T.

 

---

 

INLEIDING

Waar komt de naam Caravan vandaan?
‘Caravan’ komt van ‘karwan’ Het woord ‘caravan’ is afgeleid van het Perzische ‘karwan’, wat staat voor een gezelschap kooplieden of pelgrims die in vroeger tijden uit veiligheidsoverwegingen samen reisden. Al in de 17e eeuw komt het woord ‘caravan’ terug als huifkar bedoeld voor vervoer van mensen of goederen.

Het duurde even voordat onze naslagwerken deze ontwikkelingen signaleerden. Koenen vermeldde caravan in 1940 als eerste, met als omschrijving ‘woonauto’. Het Jaarboek van de Winkler Prins Encyclopedie vermeldde datzelfde jaar, in een lijstje ‘Nieuwe woorden in onze taal’: ,,Caravan: in Engeland lang voor W.O. II reeds gebruikelijke, doch later in vele landen ingeburgerde benaming voor een kampeer(aanhang)wagen.’ In 1961 wordt caravan voor het eerst opgenomen in de Grote Van Dale (met als omschrijving ,,aanhangwagen van een personenauto waarin men de nacht kan doorbrengen, kampeerwagen’’),

Napoleon
Napoleon was de eerste die een zeer luxe caravan liet bouwen waarin hij kon slapen, eten, baden waarin hij zelfs stafvergaderingen liet houden met zijn generaals. Het verhaal gaat dat de caravan een spoor achterliet van alles wat Napoleon naar buiten smeet zoals etensafval, versnipperde rapporten en boeken die hij gelezen had maar waarvan hij niet de moeite vond ze te bewaren.

Voorloper van de caravan
De eerste die een caravan liet bouwen met als enige doel er voor zijn plezier in rond te trekken was de Engelse kinderboekenschrijver Gordon Stable. Maar zijn caravan uit 1887 bestond nog uit een wagen met twee assen en getrokken door paarden. Toch kan Stable die ook nog als eerste voorzitter van de Engelse Caravan Club werd gekozen, als de voorloper van de huidige caravan worden beschouwd. Engeland als bakermat van de caravan In 1919 werd bij Eccles Motor Caravans te Birmingham de eerste serie van vijftig stuks caravans geproduceerd die speciaal en alleen geschikt waren om achter een auto te hangen. Rond 1920 ontwikkelde een andere Engelse firma meer gestroomlijnde caravans onder het merk Car Cruise. Maar het bleven caravans gemaakt van zware materialen die alleen door zware auto’s konden worden voortgetrokken, waardoor ze zelfs tot na de Tweede Wereldoorlog buiten het bereik van de gewone man bleven.

CAMPERS                                                                                                                                                          

De eerste in serie geproduceerde campers kwamen in de 50er jaren van de vorige eeuw. Voorlopers in deze waren de  Westfalia gebaseerd op de VW T2 waarvan er tussen 1951 en 1958 1000 stuks gebouwd werden.  De Britse Paralanian ( de naam is afgeleid van: Parrys Lane Bradford waar de fabrikant Central Garage was gevestigd) in 1956 gebaseerd op de Austin 152 en Morris J2 en verder  Bedford Dormobile  in 1957.   Alle drie waren dus gebaseerd op camperbusjes. De grote doorbraak kwam in 1972 met de bouw van de Hymermobil.

Soorten campers  
Op deze site worden alle gemotoriseerde recreatie-voertuigen aangeduid als camper hoewel er zowel in het Nederlands en vreemde talen verschillende benamingen voor zijn. Zo spreken de Vlamingen over Mobilhome , de Britten over Motorhome , de Duitstaligen van Wohnmobile , de Fransen van Camping Car , Husbil in het Zweeds en Autocaravanas in het Italiaans.

De onderverdeling is:

Opzetunits: losse eenheden die opeen auto of oplegger geplaatst kunnen worden.
Camperbusjes, campervans: (en Kastenwagen in het Duits), veelal bestaande busjes waarin een interieur geplaatst wordt. In Engeland zijn zo veel van dergelijke bedrijfjes dat wij deze niet opgenomen hebben.
Alkoven: hierbij is boven de bestuurderscabine een slaapgelegenheid gecreëerd.
Half integraal of semi integraal: Deze is net als de Alkloof gebouwd op een chassis voorzien van een bestuurscabine maar doordat de bedden boven de cabine ontbreken is de stroomlijn beter.
Integraal: Hierbij wordt de ruimte optimaal benut; de camper heeft van voor tot achter de zelfde breedte en de bestuurderscabine is volledig geïntegreerd.
Daarnaast kan nog gesproken worden over bussen, gebouwd op een vrachtwagenchassis en boven de 3,5 ton; in veel van deze voertuigen zit een garage voor een compacte auto en zelfs soms voor een vliegtuigje.

Hano en Hauscar
In Nederland werd de eerste caravan gebouwd door ir. D. van Haren Noman. Hij bracht in 1927 zijn Hanocaravan in productie. In 1929 kreeg de Hano concurrentie van een ander Nederlands merk, de Hauscar, ontworpen door ir. F. Hausbrand. Dat deze Hauscars van oerdegelijke kwaliteit waren, blijkt uit het feit dat een freelance caravanjournalist er in een paar jaar maar liefst 200.000 kilometer mee aflegde. Na de Tweede Wereldoorlog moest Engeland zijn leidende rol op caravangebied overdragen aan Duitsland dat met bekende namen als Westfalia, Eiffelland en Eriba de markt veroverde. Nederlandse merken uit die tijd zijn onder andere Kip, Otten, Blanken en Paf.

Caravanverkopen dalen sterk.
In 1960 werden in Nederland rond 10.000 caravans verkocht. In 1995 waren dit er 18.500 terwijl er in het topjaar 2001 zo’n 24.000 een nieuwe eigenaar kregen. Daarna is het aantal jaarlijks verkochte caravans sterk aan het dalen van 22.360 in 2004 naar 5.800 in 2013. De totale Europese markt daalde van 81.000 stuks in 2011 naar 73.000 in 2012.  De Europese campermarkt daalde licht van 75.000 in 2011 naar 73.500 in 2012.  In Nederland werden in 2013 1.100 campers verkocht t.o.v. 1.300 in 2012 en 1.400 in 2011.  De Belgische campermarkt is het dubbele van de Nederlandse terwijl de markt van caravans in België amper boven de 1.000 uitkomt.